Een erg lekker Thais recept van Marijke Vlaming. De vis kan eventueel worden vervangen door gepelde tijgergarnalen, kipfilet of varkenshaas. Rol alternatieve ingrediënten ook door de maïzena voor een krokant korstje.
Maak indien nodig een portie rode Thaise curry.
Breng 2 volle limonadeglazen pandanrijst in een kleine pan met dikke bodem aan de kook met 3 volle limonadeglazen water. Roer, als het water kookt, de rijst kort om met een vork en zet de pan op een sudderplaatje op het kleinste pitje. Proef na zeventien minuten of de rijst gaar is. Roer hem dan los en laat hem van het vuur af uitdampen.
Hak de gepelde knoflook en de geschilde gember klein, verwijder de zaadjes en zaadlijsten uit de pepers en hak ze fijn, snipper de sjalot en de ui. Snijd het witlof in stukjes en de champignons in plakjes. Snijd de visfilets in vrij grote stukken of dobbelstenen en bestrooi deze met zout en peper.
Verhit een flinke scheut zonnebloemolie in een wok. Bak de knoflook al omscheppend lichtbruin. Voeg de pepers, de gember en de rode Thaise curry toe. Voeg na enige tijd de sjalot en de ui toe. Gebruik de grootste vlam en blijf omscheppen. Voeg als de ui zacht wordt de champignons toe en na een tijdje het lof. Blijf omscheppen tot het lof iets zachter wordt, hij mag een beetje knapperig blijven. Zet dan het vuur laag en schep de sojasaus, de oestersaus, de vissaus en tot slot de gekookte rijst door de groente. Proef of het geheel zout en pikant genoeg is.
Verhit een royale hoeveelheid olie in een koekenpan. Doe 4 eetlepels maïzena in een plastic zak, doe de stukjes vis erbij, blaas de zak op en wentel de vis door de maïzena tot de stukjes aan alle kanten bedekt zijn. Bak de stukjes vis gaar en krokant in de hete olie. Schep de borden vol uit de wok en verdeel de vis zonder de olie over de rijst.